Collega's
Vorige

1 van 574

Volgende
Volgend artikel:

Doe jij ook aan coffee badging?

Het landschapskantoor is dood, leve de businessclub

“De jobtevredenheid gaat er algemeen op achteruit in een open kantoorruimte.” (Roeland Motmans, ergonoom)
De open kantoorruimte ligt onder vuur. Constante prikkels en luidruchtige telefoongesprekken storen medewerkers behoorlijk. “Bedrijven onderschatten bepaalde factoren, zoals akoestiek en klimaat.” Door deze nadelen lijkt het landschapskantoor op retour. Maar helemaal verdwijnen doet het niet.
“De jobtevredenheid gaat er algemeen op achteruit in een open kantoorruimte.” (Roeland Motmans, ergonoom)

Is het landschapsbureau op retour? En hoe ziet de kantooromgeving van de toekomst eruit? Met deze vragen klopten we aan bij architecten, psychologen en ergonomen.

1. Voordelen van een open kantoor: besparing en teamwerk

Het open kantoor is niet nieuw. Al vanaf de jaren tachtig waren ze de oplossing voor de onbenutte kantooroppervlakte, merkt ergonoom Roeland Motmans op. “Omdat niet iedereen altijd op kantoor was, werden minder werkplekken dan mensen voorzien. Dit gebeurde in een open ruimte en bespaarde heel wat oppervlakte.”

Deze stelling lijkt te bevestigen wat velen denken: het open kantoor is vooral een besparingsoperatie voor de werkgever, die minder moet besteden aan huisvesting en energievoorziening. Maar dat klopt niet helemaal. “Met de komst van de landschapskantoren verbeterde het teamwerk heel erg. Als jouw collega naast of over je zit, is een vraag snel beantwoord. Dat is anders als die collega twee deuren verwijderd is”, oppert Jan Geysen, oprichter en hoofdontwerper bij Puur interieurarchitecten. De dynamiek en transparante uitstraling van een bedrijf, en de werking van teams in het bijzonder zijn, volgens hem, enorm vooruitgegaan door de landschapskantoren.

2. Nadelen van een open kantoor: lawaai en ontevredenheid

De laatste tijd komen vooral de nadelen aan de oppervlakte. Experts hebben het ook wel eens over de twee c’s – communicatie en concentratie – die als communicerende vaten fungeren. Daar waar in een open ruimte de communicatie verbetert, gaat de concentratie erop achteruit.

In open kantoren worden werknemers namelijk constant afgeleid. Hoofdtelefoons moeten helpen om achtergrondgeluid te reduceren. Maar een echte oplossing blijkt dat niet. Mensen komen je gemakkelijker storen, collega’s voeren luidruchtige telefoongesprekken en er speelt zich met al die passerende collega’s constant een film af voor je ogen. “Hoewel er ook kantoorwerkers zijn voor wie een open ruimte een meerwaarde is, gaat de jobtevredenheid er algemeen op achteruit”, erkent Roeland Motmans. Uit onderzoek dat het vakblad Ergonomics recent publiceerde, blijkt dat mensen zich aanzienlijk vaker kortdurend ziek melden wanneer ze in een open kantoorruimte werken.

Bedrijven onderschatten nog vaak de impact. “Ik denk dan vooral aan akoestiek en klimaatregeling”, stelt interieurarchitect Jan Geysen. “Sommigen kunnen geconcentreerd werken in een open omgeving, anderen totaal niet. Een slechte akoestiek van de ruimte is nefast”, haalt hij aan. “Er zijn er die nooit hinder ervaren van de temperatuur, anderen hebben het altijd kouder of warmer”, weet hij. “Slecht gepositioneerde radiatoren, die de warmte ongelijkmatig uitstralen, kunnen problemen geven. Net als aircoroosters die rechtsreeks op mensen blazen.”

3. Het compromis: de businessclub

Door deze nadelen lijkt het landschapsbureau op retour. Al blijft het basisconcept wel overeind. “Samen werken is vandaag even belangrijk als individueel werken”, oppert Geysen. Al moeten er, volgens hem, ook voldoende afgesloten ruimtes worden voorzien. “Uiteraard om te vergaderen, maar ook om geconcentreerd te werken en evengoed om intensief te bellen”, stelt hij.

De meeste experts spreken over de hertekening van de landschapsbureaus in functie van activiteitsgerelateerde werkplekken. Centraal is er nog steeds een beperkte open ruimte, aangevuld met verschillende ruimtes voor verschillende taken. Overleggen, telefoneren, geconcentreerd werken, printen of koffie drinken gebeuren in een aparte ruimte. Storend geluid verdwijnt zoveel mogelijk uit de open ruimte en de medewerker krijgt meer privacy.

“Sommigen hebben het ook over zogenaamde businessclubs”, vult Peter De Graef, opleidingshoofd toegepaste psychologie aan de Thomas More hogeschool, aan. Behalve deze aanvullende ruimtes ziet hij nog een tweede trend: “Bedrijven zien hun landschapsbureaus ook in combinatie met flexwerken”, stelt hij. “Door vaker thuis te werken kan de werknemer zelf wat rust, privacy en concentratie inbouwen. En interactieve of minder veeleisende taken voor de publieke kantoorruimte reserveren.” Bij dit alles lijkt de werknemer er alvast op vooruit te gaan: rustiger kunnen werken. “Deze recente evolutie in landschapsbureaus is zeker niet zo goedkoop voor een organisatie als de eerste landschapsconcepten”, merkt Peter De Graef fijntjes op. Een toegift van de baas dus. “Al zal een werkgever die extra kosten wellicht helemaal kunnen recupereren uit een verhoogd welbevinden en verbeterde prestaties van zijn werknemers.”

(wv) 

6 oktober 2015
Anderen bekeken ook