Thuiswerken
Vorige

1 van 277

Volgende
Volgend artikel:

Afwezig door ziekte: 1 op 3 Belgen niet. Welke sectoren het meest?

Thuiswerken, de addertjes onder het gras

‘Als je woensdagnamiddag met je kinderen naar de speeltuin gaat en je telefoon beantwoordt, ben je bereikbaar maar niet beschikbaar’, Gerda Serbruyns, P&O-adviseur Agentschap voor Overheidspersoneel
Thuiswerken of telewerken klinkt verleidelijk in de oren. De werkvorm maakt opgang, gestuwd door het verlangen van bedrijven om aantrekkelijke werkgevers te zijn. Maar schuilen er geen addertjes onder het gras?
‘Als je woensdagnamiddag met je kinderen naar de speeltuin gaat en je telefoon beantwoordt, ben je bereikbaar maar niet beschikbaar’, Gerda Serbruyns, P&O-adviseur Agentschap voor Overheidspersoneel

De Vlaamse overheid wilde het voorbeeld geven en startte in 2000 het project Anders Werken op. ‘Tele- en thuiswerk zit in de lift bij ons’, vertelt Gerda Serbruyns, P&O-adviseur bij het Agentschap voor Overheidspersoneel. ‘Maar wij evolueren naar een meer realistische vorm. Van twee of drie dagen structureel thuiswerk gaan we over naar één vaste dag per week. Of naar een aantal dagen per maand of per jaar. In andere Vlaamse overheidsorganisaties wordt occasioneel thuisgewerkt.’

Controle van prestaties

‘Een terugkerende moeilijkheid bij thuiswerken is de controle van de prestaties’, vertelt Katrien Crauwels, advocaat in arbeids- en sociaalzekerheidsrecht bij Van Goethem Advocaten in Antwerpen. ‘Ik raad aan om duidelijke afspraken te maken over de periode waarin de thuiswerker bereikbaar moet zijn en over de manier waarop zijn werk wordt gecontroleerd.’

‘De mogelijkheid en het recht van de werkgever om controle uit te oefenen op de prestaties van de werknemer – bij hem thuis – botst vaak met het recht op privacy van de werknemer’, vervolgt zij. ‘Een indirecte controle achteraf van de omvang van de prestaties, kan wel.’

‘Bij sommige Vlaamse overheidsorganisaties geraakt telewerken niet op de agenda, omdat leidinggevenden bang zijn om de controle te verliezen’, bevestigt Serbruyns. ‘Vaak maakt men strengere afspraken bij thuiswerk, dan bij werken op kantoor. Soms moet een ambtenaar het verslag van waaraan hij die dag heeft gewerkt ’s avonds doormailen naar zijn leidinggevende, het afdelingshoofd en de leidend ambtenaar. Andere Vlaamse overheidsorganisaties vragen dan weer dat je thuis je mail binnen het halfuur beantwoordt.’

’s Avonds doorwerken

De Vlaamse overheid maakt een onderscheid tussen bereikbaarheid en beschikbaarheid. ‘Als je de woensdagnamiddag met je kinderen naar de speeltuin gaat en je telefoon beantwoordt, ben je bereikbaar’, legt Serbruyns uit. ‘Maar je bent niet beschikbaar, want je zit niet achter je pc om met de ontvangen informatie iets te doen. Je bent wel weer beschikbaar als je ’s avonds van 20 tot 23 uur achter je pc kruipt om verder te werken.’

Of een ambtenaar een dergelijke invulling mag of kan geven aan thuiswerk, hangt af van het soort dienstverlening, de afspraken binnen de organisatie en de direct leidinggevende. ‘Een ding is duidelijk,’ meent Gerda Serbruyns, ‘wij evolueren naar plaats- en tijdsonafhankelijk werken. De stijl van leidinggeven moet daaraan worden aangepast: coachend leidinggeven en sturen op resultaten.’

Een risico van thuiswerken vindt Gerda Serbruyns de uitbreiding van de werkuren. ‘Als ik ’s avonds om tien uur een mail stuur naar vijf mensen, krijg ik gegarandeerd van één iemand antwoord binnen de vijf minuten. De grens tussen privé- en werktijd vervaagt. Leidinggevenden verwachten dat je ook je mails leest en werkt als je ziek bent of vakantie hebt, omdat je een laptop of smartphone van je werkgever hebt gekregen en bereikbaar bent.’

(kg) 

21 oktober 2011
Anderen bekeken ook