50-plussers
Vorige

1 van 82

Volgende
Volgend artikel:

55-plussers zijn gelukkiger dan jongere collega’s

Langzaam maar zeker vergrijst de arbeider

De gemiddelde arbeider in de textielsector is bijna vijftig jaar oud
Elk jaar stijgt de gemiddelde leeftijd van de werkende Belg. Maar vooral het toenemende leeftijdsverschil tussen arbeiders en bedienden valt op. We zetten enkele opvallende vaststellingen op een rijtje.
De gemiddelde arbeider in de textielsector is bijna vijftig jaar oud

40 procent van alle Belgische werknemers is ouder dan 45 jaar. Dit en de andere bevindingen halen we uit een onderzoek van Acerta, gevoerd over de periode 2013 en 2015. Met deze vier vragen (en antwoorden):

Hoe oud is de gemiddelde werknemer?

Op dit moment is dat 41,6 jaar. De gemiddelde leeftijd van de Belgische werknemer neemt jaar na jaar geleidelijk aan toe. Hierbij blijkt er geen verschil te zijn op de arbeidsmarkt tussen de leeftijd van mannen en vrouwen.

De instroom van -26-jarigen op de arbeidsmarkt daalt bovendien nog steeds. Zij beginnen later aan hun eerste job. Dit kan het gevolg zijn van een eigen keuze van de jongere (door langere studies of reizen) of doordat ze moeilijker toegang krijgen tot de arbeidsmarkt na hun studies.

Wat met arbeiders en bedienden?

Tussen arbeiders en bedienden blijkt een opmerkelijk leeftijdsverschil. Een arbeider is gemiddeld gezien twee jaar ouder dan een bediende. Of met andere cijfers: meer dan één vierde van de Belgische arbeiders is tussen 46 en 55 jaar oud, terwijl de grootste groep bedienden zich in de leeftijdscategorie van 26- tot 36-jarigen bevindt.

“Dit grote verschil komt voornamelijk door de verschuiving van werkgelegenheid van de secundaire naar de tertiaire sector”, stelt Peter Tuybens, directeur consultancy en development bij Acerta. “De instroom van werknemers in de industrie is kleiner dan in de dienstensector.” Ook opvallend: bedienden maken globaal gezien dubbel zo veel gebruik van tijdskrediet dan arbeiders.

Waar zitten de jongste en oudste werknemers?

De ‘jongste’ beroepen van ons land vinden we terug in de bouwsector, horeca en de kleinhandel. Een derde van de werknemers in de bouwsector is jonger dan dertig jaar, en vanaf de leeftijd van 56 jaar zijn er bijna geen arbeiders meer tewerkgesteld in deze sector. “Vanaf deze leeftijd wordt in de bouwsector het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag standvastig toegepast”, merkt Peter Tuybens op. In de horeca is een derde zelfs jonger dan 25 jaar.

In de metaal-, textiel- en confectiesectoren zijn de werknemers met de hoogste gemiddelde leeftijd aan de slag. Een arbeider in de metaalsector is zo’n 47 jaar oud gemiddeld, terwijl een arbeider in de textielindustrie het absolute record haalt: 49,4 jaar.

Wat is het gevolg van de veroudering?

Eerder onderzoek toonde aan dat oudere werknemers niet minder gemotiveerd zijn dan hun jongere collega’s. Al brengt de vergrijzing van de beroepsbevolking diverse uitdagingen met zich mee. Werkgevers moeten aandacht hebben voor duurzame inzetbaarheid zodat hun medewerkers langer met plezier aan het werk kunnen. Ze moeten tevens inzetten op de ontwikkeling van hun werknemers, ook als deze ouder worden.

Peter Tuybens: “Voor sommige oudere werknemers kan de uitdaging erin bestaan dat ze betrokken worden in de opleiding van nieuwe werknemers, via bijvoorbeeld een mentorrol. Ook al hebben niet alle oudere werknemers interesse in een dergelijke rol. Evenmin is het mogelijk om alle oudere werknemers in zo’n rol te plaatsen.”

Dit alles is tenslotte niet vrijblijvend. Zo verplicht de cao nr. 104 van de Nationale Arbeidsraad werkgevers met tenminste 20 werknemers sinds 2012 om een werkgelegenheidsplan voor oudere werknemers (dit is ouder dan 45 jaar) op te stellen. Dit om het aantal werknemers van 45 jaar en ouder te behouden of te verhogen.

(wv) 

30 augustus 2016
Anderen bekeken ook