Ontslagen worden
Vorige

1 van 194

Volgende
Volgend artikel:

Mag je ex-baas je e-mail lezen?

1 op 10 Vlamingen vreest voor ontslag

“Blijkbaar maken meer mensen zich zorgen over de toekomstige invulling van hun job dan over het behoud ervan. We onderschatten het probleem. Zeker als je weet dat beide vormen van onzekerheid dezelfde negatieve gedragingen tot gevolg hebben” (Professor Hans De Witte, KU Leuven)
Eén op de tien werkende Vlamingen is bang om zijn job te verliezen, zo blijkt uit een online onderzoek van de KU Leuven en Jobat onder 2.500 werknemers. De gevolgen van die jobonzekerheid zijn ernstig, zowel voor de werknemers als voor hun werkgever.
“Blijkbaar maken meer mensen zich zorgen over de toekomstige invulling van hun job dan over het behoud ervan. We onderschatten het probleem. Zeker als je weet dat beide vormen van onzekerheid dezelfde negatieve gedragingen tot gevolg hebben” (Professor Hans De Witte, KU Leuven)

‘Je mag niet vergeten dat deze cijfers de jobonzekerheid in Vlaanderen wellicht een beetje onderschatten’, zegt professor Hans De Witte van de onderzoekseenheid arbeids-, organisatie- en personeelspsychologie (WOPP) aan de KU Leuven. ‘Mensen die deelnemen aan online enquêtes zijn typisch hooggeschoold en jong. Laaggeschoolde arbeiders zijn in dit onderzoek ondervertegenwoordigd, terwijl ze doorgaans minder zeker zijn van jobbehoud. Wellicht ligt het percentage onzekerheid voor de hele Vlaamse werkende bevolking wat hoger.’

Niet bang, wel bezorgd

Toch kijkt professor De Witte niet op van de cijfers. Ondanks de crisis zijn meer dan zeven op de tien bevraagden niet tot helemaal niet bang om hun baan te verliezen. ‘Ik ben niet verrast, want dezelfde cijfers en percentages zijn we in andere onderzoeken al vaak tegengekomen.’

De onderzoekers bekeken niet alleen de angst om werkloos te worden, maar namen ook een andere vorm van onzekerheid onder de loep. ‘En dat is nieuw’, stelt De Witte. ‘We zijn nagegaan in welke mate mensen zich zorgen maken over de toekomstige invulling en arbeidsomstandigheden van hun huidige job.’

De resultaten zijn opmerkelijk. Niet alleen blijkt deze zogenaamde ‘kwalitatieve’ jobonzekerheid méér mensen te treffen, de gevolgen zijn ook even ernstig als die van ‘kwantitatieve’ onzekerheid, zijnde de onzekerheid over jobbehoud.

Kwantitatieve vs. kwalitatieve onzekerheid

18 procent van de bevraagden is bang dat ze in de nabije toekomst loon moeten inleveren, collega’s zullen verliezen of plots een heel ander takenpakket toebedeeld krijgen. Slechts de helft van de werkenden zegt zich op dat vlak geen zorgen te maken.

‘Blijkbaar maken meer mensen zich zorgen over de toekomstige invulling van hun huidige job dan over het behoud ervan’, concludeert De Witte. ‘Dat wil zeggen dat we het probleem een beetje onderschatten als we enkel kijken naar kwantitatieve onzekerheid. Zeker als je weet dat beide vormen van onzekerheid min of meer dezelfde negatieve gedragingen tot gevolg hebben.’

Vaker afwezig

Mensen die zich zorgen maken over de toekomstige inhoud en arbeidsomstandigheden van hun job presteren minder goed, zijn minder snel geneigd om collega’s te helpen, vertonen meer contraproductief en pestgedrag, zijn frequenter afwezig, willen sneller van werkgever veranderen, kunnen zich minder goed concentreren en hebben meer last van vermoeidheid dan mensen die zich geen zorgen maken. Dezelfde negatieve gedragingen en verschijnselen steken de kop op bij werkenden die bang zijn hun job te verliezen.

‘Vooral het verschil op het vlak van absenteïsme is heel opvallend’, merkt onderzoekster Tinne Vander Elst op. ‘Van de mensen die vrezen voor hun job, was maar liefst een kwart tijdens de afgelopen zes maanden twee keer of vaker afwezig om gezondheidsredenen. Bij de werkenden die zich geen zorgen maken, was dat slechts 15 procent. Ook mensen die vrezen voor het verlies van jobkenmerken zijn - in dezelfde mate - vaker afwezig.’

‘Dat verschil in absenteïsme toont duidelijk de gevolgen van jobonzekerheid voor de organisaties’, vervolgt Vander Elst. ‘Ongeruste mensen zijn niet alleen meer vermoeid en minder tevreden, hun onzekerheid uit zich ook echt in objectief negatief gedrag, zoals vaker afwezig zijn en slechter presteren.’

Zinkend schip

Ook de verloopintentie is groter bij ongeruste werknemers. 60 procent van hen overweegt om ontslag te nemen, terwijl dat bij de andere werknemers slechts 26 procent is. Dat stelt bedrijven voor een bijkomend probleem, zo meent professor De Witte. ‘Mensen die zich zorgen maken over hun job, springen liever van het zinkende schip dan te wachten tot iemand hen uit het water komt vissen. Helaas voor hun werkgevers zijn het meestal de betere medewerkers die als eerste vertrekken. Dat komt natuurlijk doordat ze zelf maar al te goed beseffen dat ze goede kansen hebben op de arbeidsmarkt. Ze wachten slecht nieuws liever niet af.’

Uit analyse van de enquête blijkt dat de negatieve gevolgen van jobonzekerheid in de eerste plaats veroorzaakt worden door een breuk van het psychologisch contract. ‘Er bestaan allerlei wederzijdse impliciete afspraken tussen een werknemer en zijn of haar werkgever’, licht Vander Elst toe. ‘De werknemer zet zich in, investeert in zijn job en is loyaal ten aanzien van zijn organisatie. Omgekeerd verwacht hij van zijn werkgever loon en werkzekerheid. Wanneer mensen onzekerheid ervaren, raakt die balans uit evenwicht. Om dat evenwicht te herstellen, gaan werknemers zich een beetje terugtrekken. Ze gaan minder goed presteren en kijken uit naar een andere baan.’

(mo) 

Grafiek jobonzekerheid 8 juni 2012
Anderen bekeken ook