Zeven wetenschapstips voor de werkvloer

In het boek ‘Maak nooit je bed op’ geven Rik Kuiper en Tonie Mudde wetenschappelijke tips die je in het dagelijkse leven kan gebruiken. Deze zeven komen van pas op de werkvloer.

1. Spreek gepassioneerd
   Zelfs als je eigenlijk niets te vertellen hebt, kan je de boel redden door met genoeg passie te spreken. Al trekt je boodschap misschien nergens op, je publiek zal toch enthousiast reageren, aldus wetenschappers van de University of Southern Carolina.
2. Onderschat jezelf
   Mensen die denken dat ze beter zijn dan de rest, presteren net slechter. Wie denkt maar gemiddeld te scoren, belandt sneller bij de top omdat ze niet blind zijn voor hun zwakke plekken. Dat leert onderzoek van Cornell University.
3. Gebruik getallen
   Wil je iets verkopen, zorg er dan voor dat je veel getallen opsomt die met het product te maken hebben. Onderzoekers van de University of Chicago stelden namelijk vast dat klanten dan sneller in hun portemonnee tasten.
4. Herhaal jezelf
   Hoe vaker mensen een mening horen, hoe meer waarde ze eraan gaan hechten. Dat stelt Kimberley Weaver van het Virginia Polytecnic Institute vast. Herhaling zorgt ervoor dat een uitspraak blijft hangen. Of je over jezelf blijft herhalen dat je geweldig bent dan wel dat anderen dat zeggen, maakt daarbij weinig uit.
5. Werk langer
   Het is niet omdat je ouder bent, dat je niets meer waard bent op de werkvloer. Integendeel. Art Kramer van de University of Illinois ontdekte dat luchtsverkeersleiders tussen 53 en 64 jaar oud een hogere denksnelheid hebben dan hun jongere collega’s tussen 20 en 27 jaar.
6. Hou het simpel
   Producten met een eenvoudige naam zijn makkelijker aan de man te brengen dan iets waarvan niemand de naam kan uitspreken. Volgens psychologen van de University of Michigan krijgen we bij een eenvoudige naam het gevoel dat we het product al kennen.
7. Doe geen ploegendienst
   Werken in ploegen betaalt beter, maar is slecht voor je gezondheid. Onderzoek van Harvard wijst op een hogere kans op kwalen zoals obesitas, hart- en vaatziekten en zelfs suikerziekte.