Pieter Aspe: ‘Schrijver worden, was mijn laatste kans’

“Als iets in vier uur kan, waarom zou ik er dan acht uur over doen?” (Pieter Aspe, schrijver)
Ooit zat Pieter Aspe, de gevierde auteur, aan de grond. Vóór hij van zijn pen begon te leven, was hij seizoensagent bij de zeevaartpolitie, fotograaf, studiemeester, handelaar, conciërge... Niets bracht succes. ‘Schrijver worden, was mijn laatste poging om iets te veranderen in mijn leven.’
Pieter Aspe
“Als iets in vier uur kan, waarom zou ik er dan acht uur over doen?” (Pieter Aspe, schrijver)

Die 12 stielen en 13 ongelukken: betekent dat dat je niet wist van welk hout pijlen maken?

‘Met een diploma middelbaar onderwijs kwam je destijds enkel voor administratieve functies in aanmerking. Daar had ik absoluut geen zin in. Uit noodzaak probeerde ik een aantal jobs uit, maar eigenlijk interesseerden die me niet. Het was puur om brood op tafel te hebben.’

Seizoensagent bij de zeevaartpolitie: wat moet ik me daarbij voorstellen?

‘Paspoortcontroles in de havens van Zeebrugge en Oostende. Veel moest je daar niet voor kennen: enkel het verschil tussen een paspoort en een identiteitskaart en welke landen visumplichtig waren.’

Welke job heb je het langst volgehouden?

‘Conciërge van de Heilig-Bloedkapel in Brugge ben ik elf jaar geweest. Voordien was ik zelfstandige in brocante, antiek en wijnen. Dat heb ik toch negen jaar gedaan. Tot de handel in brocante in elkaar stuikte. Mijn zaak was ook vrij primitief. Ik had moeten uitbreiden, maar heb die stap nooit gezet. Met als gevolg dat ik in de financiële problemen kwam. In 1984 liet ik via een advertentie in De Streekkrant weten dat ik ook oude meubels opkalefaterde. Even later kreeg ik telefoon van de pastoor van de Heilig-Bloedkapel. De biechtstoelen en de banken in de kapel waren jarenlang verwaarloosd. De pastoor vroeg ik of ik ze opnieuw hun oude glans kon geven. Ik gaf aan dat die karwei wel aardig wat tijd in beslag zou nemen. Daar kwam nog bij dat we er niet tijdens de openingsuren aan konden werken. Toen het werk al wat gevorderd was, bleek de pastoor er heel enthousiast over. Hij vertelde dat de conciërge van de kapel op pensioen ging. Of ik geen zin had om hem op te volgen? Het loon was bescheiden, maar ik kon er wel komen inwonen. Ik nam de job aan om uit mijn precaire financiële situatie te geraken. Het was ook geen slechte baan: niemand keek op mijn vingers. In de winter had ik wel wat vrije tijd, omdat de kapel dan al om vier uur 's namiddags sloot. Het was vrij comfortabel; ik zat safe. Toen ik 40 werd, begon het echter te wringen. Zou ik dit tot mijn 65ste blijven doen?’

Ben je daar, omdat je toch tijd over had, beginnen te schrijven?

‘Inderdaad. Dat was mijn laatste offensief. Mijn laatste poging om iets te veranderen in mijn leven. Ik ben altijd een fervent lezer geweest. De zin om zelf een boek te schrijven, speelde al langer in mijn hoofd. Maar eraan beginnen na een dagtaak zag ik niet zo zitten. Avonden en weekends opofferen voor iets waar misschien geen toekomst in zit? De vooruitzichten waren niet echt schitterend, maar ik stond met mijn rug tegen de muur. Het was schrijver worden of conciërge blijven. Ik gaf mijn ontslag. Nu zou ik dat niet meer durven. Mijn eerste boek was redelijk succesvol, maar niet genoeg om van te kunnen leven. Ik nam risico's door bijvoorbeeld de eerste twee jaar geen voorafbetalingen te doen en het minimum aan sociale bijdrage te betalen.’

Hoe reageerde je omgeving?

Dat lukt nooit!, was een veel gehoorde opmerking. Dat scepticisme duurde maar enkele jaren. Daarna stelde niemand zich er nog vragen over. Als je iets doet, moet je er volledig voor gaan. Ik geloof niet in een loodgieter die cafébaas als tweede beroep heeft. Schrijven als veredelde hobby is voor mij nooit een optie geweest.’

Waarom is schrijven de job van je leven?

‘Omdat ik er plezier in vind. En ook: door het grote gevoel van vrijheid. Je deelt zelf je dag in. Ik heb altijd een hekel gehad aan het principe van de nine-to-five job. Als iets in vier uur kan, waarom zou ik er dan acht uur over doen? Als ik aan een halve dag schrijven voldoende heb, waarom zou ik dan een hele dag aan mijn bureau zitten? Ik hoef aan niemand verantwoording af te leggen.’

(pvd) – Foto: (kb) 

15 september 2012
Anderen bekeken ook