Is aandelen verwerven, bezitten en verkopen interessanter als privépersoon of via een vennootschap? En is het aangewezen (en fiscaalvriendelijk) om aandelen die reeds worden aangehouden als privépersoon nog in te brengen in een vennootschap, of om aandelen die worden aangehouden binnen een vennootschap over te dragen naar de privépersoon?

Aan de hand van recente rechtspraak en rulingpraktijk wordt het spanningsveld tussen de personenbelasting en vennootschapsbelasting op een praktische wijze in kaart gebracht. Ook wordt vooruitgeblikt naar de (verwachte) wijzigingen in zowel de personenbelasting als de vennootschapsbelasting die uit de federale regeringsonderhandelingen volgen, en hoe dit de keuze om aandelen te verwerven, bezitten en verkopen van aandelen als privépersoon of via de vennootschap kan beïnvloeden.

Tijdens het seminarie worden onder meer de volgende vragen beantwoord: 

• Hoe worden meerwaarden op aandelen binnen het privévermogen belast?
• Is een vrijstelling op basis van artikel 90 WIB92 nog verdedigbaar na recente rechtspraak van het Grondwettelijk Hof?
• Wat leert de rulingpraktijk over de vereisten inzake “beroepsmatig karakter” en “normaal beheer van privévermogen”?
• Zijn minderwaarden op aandelen binnen het privévermogen aftrekbaar of verrekenbaar met toekomstige meerwaarden?
• Wanneer zijn meerwaarden op aandelen vrij van vennootschapsbelasting? Zitten er addertjes onder het gras?
• Kan het aanhouden van aandelen binnen de vennootschap andere fiscale nadelen hebben?
• Zijn acquisitiekosten van de aandelen altijd aftrekbaar als privépersoon of via de vennootschap?
• Hoe kan de impact van roerende voorheffing worden geoptimaliseerd?