Acteur Pol Goossen: ‘Ik wil dat het vooruitgaat’

“Ik heb me de voorbije 17 jaar nog geen moment verveeld. Het is aangename routine geworden, maar géén sleur” (Pol Goossen, acteur)
In het zesde studiejaar had Thuis-acteur Pol Goossen zijn eerste toneelervaring. Hoewel het slechts om een kleine rol in een stuk over Jan Klaassen & Katrijn ging, had hij de lachers meteen op zijn hand. Zijn bestemming lag toen al vast, maar bereiken zou hij die pas na een omweg.
Pol Goossen
“Ik heb me de voorbije 17 jaar nog geen moment verveeld. Het is aangename routine geworden, maar géén sleur” (Pol Goossen, acteur)

U wou altijd al acteren, maar mocht dat niet van uw ouders. Dus probeerde u het maar als leraar en als bediende bij een verzekeringsmaatschappij, zonder succes evenwel. Waarom pasten die jobs niet bij u?

‘Bij de job van leraar lag het niet aan een tuchtprobleem. Integendeel, ik had een goede relatie met de leerlingen. Maar dat ik een allergie aan lawaai heb, hielp niet echt. Wat erger was: de leerstof zei me niets. Ik wilde die kinderen geen oninteressante feiten over pakweg Napoleon de strot induwen. Bediende was dan weer een saaie, stroeve job. Verzekeringen bleek ook nog eens een moeilijke, onoverzichtelijke materie. Niet aan mij besteed.’

U werd vervolgens zelfstandig verkoper. Vanwaar die stap?

‘Ik wou geen baas meer. Bovendien was ik al geruime tijd actief in het amateurtheater en hoopte ik vroeg of laat voor een beroepsproductie in aanmerking te komen. Als zelfstandige had ik de vrijheid om op zo'n uitnodiging in te gaan, mocht die er komen. Na zes jaar kreeg ik effectief een kans: Herman Fabri, een regisseur met wie ik al had gewerkt, vroeg me iemand te vervangen in een stuk van het Ankerruitheater. Met mijn camionette vol Zweedse klompen en lederwaren reed ik naar de repetities. Mijn prestatie overtuigde en van het één kwam het ander.’

U had geen acteeropleiding genoten. Speelde dat nooit in uw nadeel?

‘Bij de eerste lezingen van een stuk werd ik weleens scheef bekeken door beroepsacteurs. Met een blik van: wat komt dat ‘amateurke’ hier doen? Lang duurde dat niet. Op de repetities bleek al snel dat er geen verschil in niveau was. Ik geloof trouwens dat je op een toneelschool wel je techniek kan bijschaven, maar niet dat je daar het vak leert.’

‘Soapacteurs moeten zelden hard werken’, zei u ooit. U prijst zich dus gelukkig?

‘Zeker. Voor een theaterproductie moet je om te beginnen al drie maanden repeteren. Dat vraagt een veel grotere fysieke inspanning. Als een soapacteur een hele dag heeft moeten draaien, klaagt hij dat het zwaar is. Hij vergeet er dan wel bij te vertellen dat hij daarvóór drie dagen vrij had. Nee serieus, ik heb me de voorbije 17 jaar nog geen moment verveeld. Het is aangename routine geworden, maar géén sleur.’

Hebt u toch nooit stiekem van een grote filmrol gedroomd?

‘Nee. Ik heb in films van Jan Verheyen, Nic Balthazar en Marc Punt meegespeeld en ook in zogenaamd betere series als Witse en Flikken. Een interessante ervaring, maar het lange wachten tussen de scènes stak me tegen. Ik wil dat het vooruitgaat, zoals bij Thuis. Weet je, voor elke acteur komt het op hetzelfde neer: op een realistische manier je zinnen debiteren. In welke serie of film je dat doet, maakt eigenlijk niet uit.’

Waarom bent u uw Thuis-personage Frank Bomans nooit beu geraakt?

‘Ik mag als Frank Bomans dan al jaren hetzelfde kapsel en hetzelfde leren vestje dragen, intussen heb ik toch het ganse gamma aan emoties mogen spelen. Dat hij de absolute tegenpool is van mijn persoonlijkheid maakt het plezier enkel groter.’

U hebt al eens geopperd dat u later schaapherder in Zeeland wil worden. Was dit een boutade of ziet u zichzelf dat ooit echt doen?

‘Zeg nooit nooit. Ik ben graag alleen en ik hou van dieren. Ik heb sinds vier jaar een huurhuisje in Zeeland en als ik daar met mijn hond ga wandelen, dan zie ik die schaapherders weleens. De complete rust die zij uitstralen, fascineert mij. Leunend op een stok staan ze te fluiten of te klakken met hun tong, terwijl hun honden de kudde bij elkaar houden. Dat is een wonderlijk schouwspel. Beter dan tv. Dus ja, die job zou me wel wat zeggen. Al onderschat ik het niet: je moet daar wel wat cursussen voor volgen. In Zeeland grazen die schapen op velden dichtbij drukke wegen. Je moet die beesten echt wel onder controle kunnen houden.’

(pvd) 

24 oktober 2012
Anderen bekeken ook