Renmans: Van vlees en bloed, in 362 afleveringen

Henri Renmans: "De setting van een slagerij is op honderd jaar nauwelijks veranderd: een toonbank met daarachter een vakman."
Slagerszoon Henri Renmans bouwde op dertig jaar een imperium van slagerijen uit, met tentakels tot in Luxemburg en Frankrijk. De gelijknamige groep telt 362 filialen en ruim 3.000 medewerkers. Het lijkt een sprookje, al is het vooral een verhaal van nuchterheid, waakzaamheid, hard werken en keuzes maken. Zeg nooit zomaar worstendraaier tegen je slager.
Henri Renmans
Henri Renmans: "De setting van een slagerij is op honderd jaar nauwelijks veranderd: een toonbank met daarachter een vakman."

Henri Renmans, 72 jaar intussen en nog altijd even enthousiast aan het hoofd van de Groep Renmans (Brabhold), is de zoon van een kleine zelfstandige slager. Hij volgde een opleiding aan de slagerijschool van Paul Van den Boeynants in Anderlecht en deed commerciële ervaring op bij Nopri/Unic en Colruyt. Maar de principes van vakmanschap leerde hij naar eigen zeggen thuis. Henri Renmans: "De setting van de slagerij is op honderd jaar nauwelijks veranderd: een toonbank met daarachter een vakman. Technieken werden geraffineerder, het aanbod uitgebreider, maar fundamenteel bleef het concept van een slagerij ongewijzigd."

Dat basisidee ligt volgens Renmans aan de basis van Brabhold, een stevige vennootschap met onder haar vleugels Quality Meat Renmans (296 filialen in België en Luxemburg), Henri Boucher (66 slagerijen in Frankrijk), Transmeat (distributiecentrum te Londerzeel, voor België en Luxemburg) en Boucherie Distribution (distributiecentra in Lesquin en in Lomme, voor Frankrijk).

Met dank aan Colruyt

Henri Renmans schuwt in principe de media, deze reportage vormt eerder een uitzondering. Hij is niet alleen schatplichtig aan zijn vader, maar evenzeer aan Jo Colruyt, van wie hij naar eigen zeggen de knepen van het distributievak leerde.

"Colruyt heb ik ervaren als een sterk bedrijf waar de groeikansen voor het rapen liggen. Als directeur verswaren genoot ik er een grote vrijheid. Ik heb enorm veel opgestoken van Jo Colruyt, met wie ik als dertiger nieuwe winkels lanceerde. Al is mijn filosofie dat je uit elk contact met elke mens kan leren. De Colruyt-baas delegeerde niet zomaar. Hij ondersteunde zijn kadermensen en moedigde hen aan. Terwijl ik bij Colruyt aan de slag was, kreeg ik zicht op de opportuniteiten in de distributiemarkt. Zonder die ervaring zou het merk Renmans niet zijn wat het nu is."

Het gouden huwelijk met Aldi

Henri Renmans gaat er prat op dat niet hij dertig jaar geleden naar de Duitse broers Karl en Theo Albrecht (stichters en eigenaars van Aldi, red.) stapte, maar dat het Aldi-management hem contacteerde. Er waren onderhandelingen aan de gang met zowel Delhaize als GB en in die periode werkte Renmans al samen met Shock Discount. Aldi won het pleit. "Aldi was en is de enige harddiscounter met een duidelijk werksysteem waar overbodige kosten geweerd worden. Dat levert de mogelijkheid kwaliteitsproducten aan te bieden tegen de laagste prijs."

"We zijn gestart onder de naam Discount R. Aldi vond echter dat we ons duidelijker moesten onderscheiden van hun winkels. Daarop opteerden we voor de merknaam Renmans, wat in Frankrijk taalkundig moeilijker ligt. Daar werken we onder de naam Henri Boucher. De consument ervaart ons echter niet als een bedrijfsketen. Wel als afzonderlijke en autonome slagerijen in de traditie van het slagersberoep."

Mevrouw Renmans

Henri Renmans benadrukt dat hij veel te danken heeft aan zijn echtgenote, Nicole Albert. "Nicole was kapster, met een grote liefde voor haar klanten. In de beginjaren selecteerde zij onze eerste medewerkers, zeker de verkoopsters. Ze sprak met een aantal kandidaten af in de Holiday Inn te Gent en bracht hen de knepen van het vak bij, zoals een ‘goeiedag’ zeggen tegen de klant. Eigenlijk gaf Nicole training in wat ze nu custom relationship management noemen."

Intussen is met de tweede generatie Renmans de toekomst verzekerd. Nico Renmans leidt het distributiecentrum Transmeat en Rik Renmans staat met vader Henri aan het hoofd van het slagerijennet.

Crisis als kans

Aan dure consultants om zijn merk te versterken heeft Henri Renmans geen boodschap. Kwaliteitsproducten, de vinger aan de pols houden en de juiste keuzes maken, volstaan. De dioxinecrisis van 1999 was voor de vleesketen een bijzonder spannende periode. In volle crisis besloot Henri Renmans in zijn eentje om alle winkels, op dat ogenblik waren dat er 250, te sluiten. De crisis sleepte tien dagen aan, alle Renmans-zaken bleven even lang dicht.

"Een moeilijke, maar logische beslissing", aldus Henri Renmans. "Niemand wist wat er moest gebeuren. De eerste reactie op de sluiting was negatief, zowel voor de klanten als voor het personeel. We hebben meteen op eigen initiatief alle vlees laten vernietigen én we hebben de lonen van onze mensen doorbetaald. Een zware kost, maar we vonden dat de enige juiste keuze. Voor onze klanten én voor onze reputatie."

Renmans nam met de sluiting een risico, want de concurrentie volgde die beslissing niet. Toch legde de dioxinecrisis het merk geen windeieren. Terwijl de hele vleessector kreunde, kwam Renmans prominent in de geschreven pers en in primetime op alle Belgische tv-zenders.

"Ook een crisis biedt kansen", stelt Renmans. "Ongevraagd kregen we via de media volop de gelegenheid om al onze klanten uit te leggen waarom we geen enkel risico namen. Toen we onze slagerijen opnieuw opstartten, stonden de nationale tv-zenders weer aan de deur. Opnieuw kregen we gratis zendtijd waar we dankbaar gebruik van maakten."

Het potentiële klantenverlies draaide uit op winst. De dioxinecrisis leverde Renmans een sterke boost op: niet alleen werd het vertrouwen bij bestaande klanten versterkt, de kordate crisisbeheersing trok heel wat nieuwe consumenten aan. Henri Renmans kijkt filosofisch terug op de bedwongen crisis: "Als er zon is, is er ook schaduw en ook dan is er nog zon."

Persoonlijke bereikbaarheid

Inmiddels werker er 3.000 mensen voor Henri Renmans. "Ik rij het land niet af om onze medewerkers stiekem te controleren. Dat zou kunnen, want ze kennen me niet allemaal persoonlijk. Mijn vrouw doet sporadisch wel eens boodschappen in één van onze winkels als we daar toevallig in de buurt zijn. Systematische mystery shopping zou van weinig respect getuigen voor onze mensen."

Wie de grote baas persoonlijk wil contacteren passeert niet eerst een batterij aan kaderpersoneel. "Een secretariaat of secretaresse heb ik nooit gehad", lacht Henri Renmans zoals alleen slagers dat kunnen. "Ik heb ook geen echt kantoor. Wel een bureautafel, maar daar zit ik niet veel aan."

Renmans krijgt wekelijks 300- tot 400.000 klanten over de vloer. In elk filiaal hangt het persoonlijk gsm-nummer van stichter Henri Renmans. "Als ze dat nummer bellen, komen ze rechtstreeks bij mij terecht", vertelt hij. "Maar ik krijg weinig telefoons. Als er al een klacht komt, garanderen we de klant binnen de 24 uur een reactie van een medewerker uit de bewuste winkel."

Politiek neutraal

Vorig jaar was er in volle verkiezingstrijd een rel rond verkiezingsaffiches van Patricia Ceysens (Open VLD). Daarop stond een slager afgebeeld, in typische Renmans-kledij. Merk en logo waren weggephotoshopt. Aanvankelijk eiste Renmans het weghalen van alle affiches uit het straatbeeld. Uiteindelijk kwam hij met de toenmalige minister van Economie en Ondernemen tot een vergelijk. "Ik kreeg boze telefoons van klanten omdat Renmans aan een politieke partij werd gelinkt. Op de affiche stond immers één van onze mensen in onze uniforme slagerskledij. Dat kon ik niet laten gebeuren. Een verstandige ondernemer blijft best politiek ongebonden. Een verstandig ondernemer verbindt zijn merk niet aan een politieke voorkeur. Dat was de boodschap die ik wilde uitdragen: Renmans is niet partijgebonden."

Van de tragikomische tv-reeks Van vlees en bloed miste Henri Renmans niet één minuut. "Dat was sublieme televisie. De serie was fantastische publiciteit voor de vleessector en voor het slagersberoep. Het effect op jonge kijkers die voor een beroepskeuze staan mag je niet onderschatten. De reeks hangt een heel realistisch maar ook een warm en menselijk beeld op van een slagerij. De mensen werken bij temperaturen rond het vriespunt, maar onderling is er heel wat intimiteit en betrokkenheid."

Nestlé als referentiemerk

Zijn levenswerk vergelijken met gekende merken doet Renmans node: "Zonder pretentie: dit is een uniek project. Ik deel wel de basisdoelstelling van een bedrijf zoals Nestlé: continu verbeteren. Veranderen klinkt te geladen en negatief. Continu progressie maken, is eigen aan elk vak en vakmanschap. Evolutie mag geen obsessie zijn, maar op elk niveau moeten medewerkers alert zijn voor verbeteringen in het proces. Dat vormt voor mij de essentie van een sterk merk. Succes in zaken is appreciatie krijgen van de klant. Wie bij ons werkt, moet de mens aan de andere kant van de toonbank graag zien. Dat heb ik thuis geleerd en van mijn vrouw."

(bs) – Foto: (kb) 

8 juli 2010
Anderen bekeken ook