Privé vs. overheid: waar verdien je het meest?

‘Ik zie het nog niet meteen gebeuren dat iemand op het ministerie van Financiën een winstdeelname zou ontvangen’, Jan Eyndels, voorzitter VSOA
De startsalarissen in de publieke sector liggen hoger dan in de private sector, zo blijkt uit een onderzoek door hr-specialist Hudson in opdracht van Voka. Na verloop van tijd vindt er een inhaalbeweging plaats. Maar die is vooral te danken aan de extralegale voordelen in de privésector.
Gsm & laptop
‘Ik zie het nog niet meteen gebeuren dat iemand op het ministerie van Financiën een winstdeelname zou ontvangen’, Jan Eyndels, voorzitter VSOA

De resultaten verrassen Brecht Decroos, associate director bij Hudson, niet. ‘De loonevolutie in de publieke sector is traditioneel vlakker dan in de private. De overeid betaalt hogere startlonen, maar na verloop van tijd steekt de privé de overheid voorbij.’

Het volledige pakket

De conclusie is níet dat de publieke sector beter betaalt dan de private, benadrukt Decroos. ‘Integendeel, na een aantal jaren wordt de voorsprong van de privé redelijk groot. Maar je moet wel rekening houden met het volledige pakket. Het is dankzij de extralegale voordelen dat de privésector competitief blijft. Als je die in aanmerking neemt, moet de private sector helemaal niet onderdoen voor de publieke.’

Toch voelen steeds meer jongeren zich aangetrokken tot de overheid als werkgever. Nooit wilden er zoveel werkzoekenden ambtenaar worden als in 2010. ‘Er zijn een aantal minder goed in geld uit te drukken voordelen in de publieke sector’, verklaart Decroos. ‘Werkzekerheid, meer vakantiedagen of voordelige werktijdregelingen zijn voor sommige mensen heel aantrekkelijk.’

Variabele verloning

Ondertussen heeft de privésector het erg moeilijk om zijn vacatures in te vullen. Op vijf jaar tijd moeten er meer dan 450.000 jobs ingevuld raken. Voka is dan ook op zijn hoede voor maatregelen die de privésector minder aantrekkelijk kunnen maken als werkgever. De denkpiste om te snijden in de extralegale voordelen om zo de overheidsfinanciën in orde te krijgen, wijst gedelegeerd bestuurder Jo Libeer scherp van de hand. ‘Een gebrek aan talent zal in dat geval de verdere groei van onze ondernemingen in het gedrang brengen en op termijn delocalisatie in de hand werken.’

Voka stelt ook vast dat de variabele verloning in de publieke sector hoger ligt, maar dat de premies daar in de praktijk niet echt variabel zijn. De organisatie pleit ervoor om de premies echt variabel te maken. ‘Op die manier werkt de overheid productiever en efficiënter met dezelfde middelen’, zo klinkt het.

Haardpremie

‘Het klopt dat premies en toelagen in de publieke sector doorgaans zo goed als vast worden toegekend’, bevestigt Decroos. ‘Als je een taalpremie krijgt omdat je een bepaalde taal beheerst – wat bijvoorbeeld gangbaar is in sommige administraties – dan krijg je die premie in theorie de rest van je dagen. Als je aan bepaalde voorwaarden voldoet, maak je ook aanspraak op een haard- of standplaatsvergoeding. Dergelijke premies zijn niet echt prestatiegevonden en zeker niet zo variabel als een bonus in de privésector.’

Jan Eyndels, voorzitter van het Vrij Syndicaat voor het Openbaar Ambt (VSOA), nuanceert. ‘Het zijn enkel de allerlaagste weddes die een haard- of standplaatstoelage krijgen. Een dergelijke premie dient om de laagste salarissen aan te vullen. Een taalpremie krijg je alleen als je in Brussel werkt, in tweetalige diensten. In Vlaanderen of Wallonië bestaat dat niet. Winstdeelnames en bonussen vind je wel, maar enkel bij Belgacom, bpost of de spoorwegen. Ik zie het nog niet meteen gebeuren dat iemand op het ministerie van Financiën een winstdeelname zou ontvangen.’

Appelen en citroenen

Voka wijst ook naar de overheidspensioenen, die een pak hoger liggen dan de privépensioenen. ‘Enkel door het aanbieden van een aanvullend pensioen benen de ondernemingen de overheid bij’, zo stelt de organisatie, die benadrukt dat naar schatting 40 procent van de werknemers in de privésector nog niet over zo’n aanvullend pensioen beschikt.

Eyndels wijst erop dat enkel de statutaire ambtenaren aanspraak maken op een hoger overheidspensioen. ‘De statutairen zijn een uitstervend ras. Contractuele ambtenaren beginnen een steeds grotere meerderheid uit te maken bij de openbare diensten, en hun pensioen is precies hetzelfde als dat van iemand in de privésector. Bovendien bestaat er bij ons helemaal geen aanvullend pensioen. In dit onderzoek vergelijkt men appelen met citroenen. Je kan de verschillende publieke diensten niet zomaar op een hoop gooien.’

‘Publiek en privaat zijn eigenlijk redelijk goed aan elkaar gewaagd’, concludeert Decroos. ‘Als de privésector schoolverlaters wil aantrekken, is het wel belangrijk dat men aandacht heeft voor het aanzienlijke verschil tussen de startsalarissen. Zeker gezien het feit dat we vandaag toch nog altijd mogen spreken van een war for talent.’

Evolutie bediendesalaris privé/publiek


(mo) 19 september 2011
Anderen bekeken ook