Extralegale voordelen doorstaan de crisis

"Er is een tendens om bijkomende belastingen te heffen op extralegale voordelen" (Freddy Vlaeminck, Towers Watson)

Weinig Belgische werknemers moeten het enkel en alleen met hun basisloon stellen. Vaak krijgen ze er bijvoorbeeld een hospitalisatieverzekering bovenop: 95 procent van de bedrijven geeft een uitkering voor gezondheidszorg als extralegaal voordeel, becijferde verloningsspecialist Towers Watson. Bij de overgrote meerderheid van de werknemers zijn ook de partner en kinderen door die hospitalisatieverzekering gedekt (88 procent). Dat zo’n voordeel goud waard kan zijn, bewijst de VS, waar 15 procent van de bevolking geen ziekteverzekering heeft en mensen in een job blijven omdat die een ‘health care plan’ aanbiedt.

Extralegaal voordeel niet te onderschatten

Ook in ons land is zo’n extralegaal voordeel, ondanks het betere vangnet van de staat, niet te onderschatten, zelfs al valt er in de meeste gevallen door de werknemer een bijdrage te betalen. “Netto krijg je er echter heel wat voor terug, ook al worden die voordelen niet geïndexeerd en tellen ze niet mee voor je pensioen”, vertelt Freddy Vlaeminck, senior consultant bij Towers Watson. “Eigenlijk heb je er als werknemer enkel voordeel bij. En voor de werkgever is het een kostenefficiënte methode om iets extra’s te geven. De fiscale druk op loonopslag is namelijk een pak groter.”

Keerzijde van de medaille is dat de werkgever extralegale voordelen in principe op elk moment kan intrekken, wat bij loon niet kan. “In de praktijk gebeurt dat zelden, zelfs niet in crisistijd. Raken aan de extralegale voordelen zou de motivatie van de werknemers geen deugd doen en veroorzaakt sociale onrust”, aldus Vlaeminck.

Sommige extralegale voordelen zitten ondanks de crisis zelfs in de lift. Zo kende in 2000 slechts 47 procent van de bedrijven maaltijdcheques toe. In 2009 was dat al 67 procent In andere landen zijn maaltijdcheques veel minder populair. “In Nederland bijvoorbeeld. Daar zijn die binnen het loonpakket quasi verwaarloosbaar. In ons land is het historisch zo gegroeid dat veel bedienden het bijna als een evidentie beschouwen om maaltijdcheques te krijgen”, zegt Vlaeminck.

Strenge fiscus

Een andere topper onder de extralegale voordelen is de bedrijfs-gsm, zeker bij verkopers en directieleden. Zelfs privégesprekken gebeuren voor een groot deel op kosten van het bedrijf. Zes op de tien werkgevers laten toplui de telefoonrekening doorschuiven. Een kwart gunt dat voordeel ook aan de doorsnee werknemer.

Toch zag het er even naar uit dat die privételefoontjes met de bedrijfs-gsm minder aantrekkelijk zouden worden. Zo kondigde de regering begin dit jaar nog een forfaitaire belasting op zulke gesprekken aan van 12,50 euro per maand. Dat plan werd uiteindelijk afgeblazen. “De inkomsten wogen niet op tegen de kosten van het innen van die belasting”, weet Vlaeminck te vertellen.

Maar de trend is gezet: in de toekomst komen er ongetwijfeld nog belastingen op extralegale voordelen. Die worden immers overmatig toegekend ter vervanging van loon, vindt de overheid die daar momenteel amper inkomsten uit haalt. En dus wordt er druk uitgeoefend om die voordelen te belasten als voordelen in natura, zoals nu al gebeurt met de bedrijfswagen. “De fiscus kijkt steeds strenger toe, met als gevolg dat bijvoorbeeld het bedrag van de forfaitaire onkostenvergoeding of de representatievergoeding jaar na jaar zal zakken”, aldus Vlaeminck.

(ks)