Persoonlijke ontwikkeling
Vorige

1 van 890

Volgende
Volgend artikel:

Hoe je eigen carrière ontwerpen?

10 talen die je het makkelijkst kan leren

Wie verschillende talen beheerst, heeft meestal een streepje voor in de professionele wereld. Zeker als je vaak met (internationale) klanten werkt. De ene taal ligt ons natuurlijk makkelijker om aan te leren dan de andere. Ziehier een overzicht …
#

Welke talen leer je het makkelijkst?

1. Engels

De Engelse taal is structureel en syntactisch nauw verwant aan het Nederlands. Bovendien worden we dankzij tv, film en het internet dagdagelijks overspoeld door Engelse woorden. Je zou bijna kunnen zeggen dat Engels stilaan onze tweede moedertaal is geworden. Isn‘t it? 

2. Frans

In België is en blijft (voorlopig?) nog steeds het Frans onze tweede landstaal. Reeds van in de lagere school krijgen we Franse les. En ook onze Nederlandse taal zit doorspekt van Franse woorden. Denk maar aan ‘horloge’, ‘bourgeois’, ‘après-ski’ enzovoort.

3. Duits

De woordenschat van het Nederlands en het Duits ligt zeer dicht bij elkaar, zowel qua vorm als betekenis lijken veel woorden op elkaar. Tot op zekere hoogte zijn het Nederlands en het Duitse bovendien wederzijds verstaanbaar, ook als elk zijn eigen taal blijft spreken. Denk maar aan Jean-Marie Pfaff tijdens zijn beginjaren bij Bayern München.

4. Afrikaans

Afrikaans heeft ontzettend veel gemeen met het Engels én het Nederlands. Bovendien is de grammatical erg eenvoudig, daar werkwoorden niet (echt) vervoegd moeten worden en er geen sprake is van geslachten. Er worden trouwens heel vaak gewoon Engelse en Nederlandse woorden overgenomen. En die ken je natuurlijk al. Is nie moeilik nie. 

5. Spaans

Toegegeven: Spaans is een Romaanse taal en daarom veel makkelijker te leren voor een Franstalig iemand dan voor iemand die het Nederlands als moedertaal heeft. Toch is het – eens je het Frans onder de knie hebt – niet zo moeilijk om je ook in het Spaans uit te drukken. Maar liefst 500 miljoen Spaanssprekende mensen geven je alvast het goede voorbeeld.

6. Zweeds

Deze Germaanse taal vertoont vaak grote gelijkenissen met zowel het Engels als het Nederlands. De uitspraak is trouwens erg melodisch en zingerig, wat het meteen ook een aangename taal maakt om te leren.

7. Noors

De Noorse taal heeft een vrij consistente uitspraak en grammaticale regels die vergelijkbaar zijn met die van het Engels. Vooral Noorse werkwoorden zijn opmerkelijk eenvoudig om te leren vanwege het lage aantal vervoegingen die mogelijk zijn.

8. Italiaans

Wie Latijn heeft gevolgd op school, heeft bij het spreken van Italiaans meteen al een streepje voor, gezien heel wat woorden hem/haar bekend in de oren zullen klinken. Bovendien is Italiaans een taal met weinig spellingregels en een ritmische zinsstructuur. En Italiaans is gewoon sexy (om te leren) ... toch?

9. Portugees

Ondanks de voor ons vrij moeilijke uitspraak, is Portugees toch een leuke taal om te leren: door het aangename ritme bijvoorbeeld. Door simpelweg je intonatie te verleggen, kan je trouwens heel makkelijk een vraag stellen. En wie al Spaans verstaat, is meestal ook vrij makkelijk weg met Portugees, wordt gezegd.

10. Esperanto

Nee, Esperanto is geen échte taal. Toch wordt het wereldwijd door ongeveer 2 miljoen mensen gesproken in meer dan 115 verschillende landen. Esperanto is speciaal ontworpen om mensen uit verschillende culturen met elkaar te laten communiceren, mede dankzij de grote regelmatigheid en uiterst simpele grammatica, toegankelijk voor iedereen, wat ook zijn/haar achtergrond of moedertaal is.

(kv) – Bron Express.be / The Telegraph 

23 mei 2013
Anderen bekeken ook