Sports.Tech brengt topsport en wetenschap samen

In Vlaams-Brabant zijn er veel partijen die baanbrekend werk leveren in sport en technologie. In de praktijk blijkt dat ze onvoldoende op de hoogte zijn van elkaars projecten. Ze werken op een eiland en laten zo een hoop kansen liggen, zegt Tine Van Lommel. Zij werkt bij KU Leuven Research & Development als business developer voor het pas opgerichte Sports.tech-netwerk. "Het probleem is dat de verschillende partijen elkaar niet kennen, ook al zitten ze soms binnen dezelfde faculteit of hetzelfde onderzoekscentrum."

Om daar iets aan te doen, zetten KU Leuven Research & Development en het innovatiecentrum Flanders Smart Hub samen Sports.Tech op, een netwerkplatform dat de muren tussen bedrijven, sportclubs, onderzoeksinstellingen en het beleid sloopt. "We willen de brug slaan tussen topsporters, onderzoekers en ondernemers, en de samenwerking tussen alle partners verbeteren om sneller, meer en betere innovatieve producten en diensten uit te werken", legt Tine Van Lommel uit. Het uiteindelijke doel is om sportieve prestaties naar een hoger niveau te tillen. Door die focus op (top-)sporters onderscheidt Sports.Tech zich van bestaande initiatieven om de modale Vlaming aan het bewegen te krijgen.

Sport en technologie zijn niet meer los te denken van mekaar, zegt Tine van Lommel. Door technologische innovaties en wetenschappelijke inzichten kunnen sporters hun prestaties bevorderen en blessures voorkomen. "Bij topsport gaat het om honderdsten van een seconde, om centimeters. Technologie maakt daarbij het verschil tussen winst en verlies." Technologie kan ook ingezet worden om scheidsrechters te ondersteunen.

Levend labo

Sports.Tech wil de onderzoekers en sporters al tijdens de ontwikkeling van nieuwe producten en oplossingen samenbrengen. "Het heeft geen zin dat een onderzoeker in een labo zit te knutselen aan een product waar de sporter uiteindelijk niets aan heeft, bijvoorbeeld omdat het te groot of te zwaar is. Door het al tijdens de ontwikkelingsfase te laten testen, krijgt de ontwikkelaar meteen waardevolle feedback."

Heel wat partners werken aan 'wearables' – kleine apparaatjes die je op je lichaam draagt om een of meer lichaamsfuncties te meten. Bekende voorbeelden zijn polsslagmeters, stappentellers en fitnesstrackers, die vandaag vooral door Amerikaanse en Aziatische bedrijven op de markt gebracht worden. De technologie die in de Sports.Tech-cluster ontwikkeld wordt, heeft echter veel meer mogelijkheden dan die eerder simpele wearables, weet Tine Van Lommel. “Een van de moeilijkste zaken om te meten is een elektrocardiogram (ECG), een registratie van de elektrische activiteit van de hartspier. IMEC maakt al een Health Patch, een soort pleister die je op je borst kleeft en een ECG vastlegt. De uitdaging is nu om die zo te ontwikkelen dat ook zwemmers hem kunnen gebruiken."

Sports.Tech opereert op het kruispunt van sport en technologie. Bij de partners zijn heel diverse profielen aan de slag. Er zijn ingenieurs die nieuwe technologie zoals slimme sensoren ontwikkelen. Computerwetenschappers zorgen ervoor dat die gegevens verwerkt en voorgesteld worden op een manier waar de gebruiker iets aan heeft. Een sporter heeft immers geen boodschap aan de ruwe gegevens, maar wil weten wat uit die gegevens blijkt en hoe hij bijvoorbeeld zijn trainingsschema moet aanpassen. Ten slotte dragen ook sportwetenschappers hun kennis bij, bijvoorbeeld voor blessurepreventie en prestatieverbetering.

Netwerk

Het netwerk richt zich op vier doelgroepen. In de eerste plaats zijn dat bedrijven en onderzoeksinstellingen. Zo houdt de Bakala Academy uit Leuven zich bezig met de begeleiding op maat van individuele atleten. Topsportlab is een spin-off van de KU Leuven die zich toespitst op het prestatiemanagement en de blessurepreventie bij ploegsporten. Een ander spin-offbedrijf, BiORICS, is gespecialiseerd in het analyseren van signalen uit het menselijk lichaam. “Ze doen bijvoorbeeld stressmonitoring bij Formule 1-piloten. Om te presteren, heeft een topsporter een zeker niveau van stress nodig. Maar te veel stress is niet goed.” Door hun stressniveau te monitoren, kunnen atleten hun stress binnen de goede zone houden.

De tweede doelgroep zijn kennis- en onderwijsinstellingen, zoals onderzoeksgroepen aan de KU Leuven, het onderzoekscentrum IMEC, de hogeschool UC Leuven-Limburg en het Koninklijk Atheneum Redingenhof in Leuven. De sportclubs vormen de derde doelgroep. Bij de start hebben voetbalclub Oud-Heverlee Leuven, Daring Club Leuven Atletiek, Koninklijke Hockey Club Leuven, Leuven Aquatics (zwemmen en waterpolo) en het basketbalteam Stella Artois Leuven Bears zich al aangesloten. Ten slotte worden beleidsmakers zoals de Provincie Vlaams-Brabant, BLOSO en het Topsportplatform Leuven betrokken, zij kunnen bepaalde projecten ook financieel steunen. “We willen onze partners de weg wijzen naar subsidiemogelijkheden. Er is geld, maar je moet weten waar het te vinden”, zegt Tine Van Lommel.

Sports.Tech heeft de ambitie om partners uit heel Vlaanderen samen te brengen. Er worden ook banden gesmeed met vergelijkbare organisaties in het buitenland, zoals de cluster Sports & Technology in Eindhoven.

(wv) – Meer info: www.flanderssmarthub.be/sportstech