Mannen- en vrouwenbastions, bestaan ze nog?

Bij softwareontwikkelaar Playlane is net een eerste vrouw aangeworven. “Niet als IT’er, wel in een communicatiefunctie”, zegt zaakvoerder Jelle Van de Velde.
Vrouwen in de zorg, mannen achter de computer. Sommige clichés krijg je de wereld niet uit. Jobat ging op zoek naar de voor- en nadelen van uniseks-jobs en vond nog meer clichés: van stoere herenclubjes tot vrouwen op zoek naar een man.
De mannen van Playlane uit Drongen
Bij softwareontwikkelaar Playlane is net een eerste vrouw aangeworven. “Niet als IT’er, wel in een communicatiefunctie”, zegt zaakvoerder Jelle Van de Velde.

‘Ouders kijken vreemd op als een man zich over hun baby ontfermt’

De Rakkertjes - met 25 kinderbegeleiders - is één van de veertig vestigingen van de stedelijke Dienst voor Kinderopvang (DKO) in Gent. In totaal werken er slechts vijf mannen in de DKO, en dan nog meestal in de buitenschoolse kinderopvang. “Nochtans worden er inspanningen geleverd om de instroom van mannen te bevorderen, bijvoorbeeld door acties in het onderwijs, maar voorlopig zien we daar nog geen resultaten van”, zegt Melanie Defever, coördinator van De Rakkertjes.

“En als we dan eens jongens als stagiairs over de vloer krijgen, blijken die niet door te stromen naar kinderzorg, maar kiezen ze veeleer voor bejaardenzorg. Nu, we mogen ook de houding van sommige ouders, zeker bij jongere kinderen, niet uit het oog verliezen. Van collega’s hoor ik wel eens dat ouders soms vreemd opkijken als een man zich over hun baby ontfermt.”

‘Typische mannenpraat’

De elf kerels van Playlane in Drongen ontwikkelen crossmediale softwareproducten, voornamelijk in een educatieve context. Als we daar het testosterongehalte gaan opmeten, is nog maar net een eerste vrouw aangeworven, en dan nog in een communicatiefunctie. “Als mannenclubje zijn wij altijd extreem open tegen elkaar. Dan botst het natuurlijk wel eens, maar zo raakt het ook sneller uitgepraat”, zegt managing partner Jelle Van de Velde.

“Kliekjes kennen we hier ook niet, wat in een organisatie met twaalf vrouwen misschien wel het geval is. Op mijn vorige werk, een typisch vrouwenbastion, was dat toch zo. Met de komst van onze eerste dame zal de sfeer niet wezenlijk veranderen, denk ik. Of het zou moeten zijn dat we nu twee keer onze tong gaan draaien voor we weer typische mannenpraat verkopen. Het zal wennen zijn, al is het maar omdat er hier nu ook een handtas rondslingert en één van onze mensen een rok draagt (lacht).”

‘Je mag als vrouw niet op je mond zijn gevallen’

Vrouwen moeten stevig in hun schoenen staan om al die testosteron meester te kunnen. Misschien laten zij daarom de IT-sector nog vaak links liggen? “Je mag als vrouw zeker niet op je mond zijn gevallen, dat klopt”, geeft Jelle Van de Velde toe.

“Terwijl IT-mannen eigenlijk ook erg luisterbereid zijn, een kwaliteit die vrouwen wel kunnen waarderen, denk ik. Maar de instroom is erg beperkt. Er komen nauwelijks vrouwen af op sollicitaties, anders zie ik ons zelfs nog positief discrimineren. Want we missen toch wel een vrouwelijke blik, een andere invalshoek op wat wij hier maken. Nog creatiever, intuïtiever misschien. Onze mannen moeten misschien wat vervrouwelijken (lacht).”

Ook Melanie Defever zou graag wat mannen in haar team hebben, want uitgesproken voordelen om met een vrouwelijke ploeg te werken, zijn er eigenlijk niet. “Als een man eens komt vervangen of een stagiair over de vloer komt, zien we een verandering in het gedrag van de kinderen. Dat heeft te maken met een andere begeleidingsstijl, die de vrouwelijke kantjes compenseert. Kinderen kunnen ook in de opvang wel een vaderfiguur gebruiken. En met een man in de buurt zie ik ook het gedrag van mijn begeleidsters veranderen. Misschien heb ik altijd dominantere mannen over de vloer gekregen (lacht), maar vaak nemen zij nogal snel het heft in handen.”

‘Mannen van Mars, vrouwen van Venus’

Mannen komen van Mars, vrouwen van Venus. Lichtjaren verschil, maar geldt dat volgens Jelle Van de Velde ook voor de manier van werken? “Ik denk dat mannen in onze branche geconcentreerder werken, veel meer gefocust. Zo wordt er hier bijna niet gepraat over het privéleven, terwijl ik op mijn vorige werk met uitsluitend vrouwen van alles op de hoogte was. Mannen gaan, volgens mij, ook altijd recht op het doel af, met de target voortdurend voor ogen. ‘Zo en niet anders’. Een vrouw kan ook doelgericht zijn, maar gebruikt vaker eens een omweg, is mijn ervaring. Ik zal het eufemistisch een ‘democratische overlegstijl’ noemen. Als ik met vrouwen vergader, merk ik dat ik mij terughoudender moet opstellen.”

(johan.depaepe@jobat.be)            

6 augustus 2009