Lasser-instructeur, een verrassende job bij de overheid

Naam: Bart Colman (38)
Werkplek: VDAB Opleidingscentrum, Vilvoorde
Brutostartloon: 2.700 euro

‘Cursisten zien openbloeien, geeft voldoening’

Met dat misverstand uit de weg geruimd, nam Colman deel aan de examens voor lasser-instructeur, en hij slaagde met brio. Nu leert hij zijn cursisten de kneepjes van het vak, en maakt hij ze vertrouwd met de drie meest toegepaste lashandverbindingen. De ene is er al vlugger mee weg dan de andere, maar dankzij een goede screening vooraf, zitten haast alleen maar gemotiveerde mensen bij hem in de les. “Ik heb altijd al mijn kennis willen doorgeven. Niet elke goede lasser is ook een goede lesgever, maar na een tijdje merkte ik dat het mij uitstekend lag. Ik leer de mensen graag iets aan, maar ik moet eerlijk zijn: ik heb zelf ook veel bijgeleerd. Op technisch vlak, van mijn collega-instructeurs, maar zeker ook op menselijk vlak. Dit is geen groepscursus, iedereen komt individueel les volgen, en elk individu moet je op een specifieke manier kunnen aanpakken. Momenteel begeleid ik een zestal cursisten. Ik stoom ze klaar, volg ze op en evalueer hun werk. En de meesten zie je heel snel evolueren. Dat geeft mij het meeste voldoening.”

Soms valt het niet te vermijden dat een cursist maar blijft struikelen, en wordt hij aangemoedigd om een andere richting te kiezen. Ook dan komt Bart Colmans mensenkennis van past. “Een opleiding duurt drie maanden tot een jaar, en als je op het einde merkt dat ze klaar zijn voor een nieuwe start, is dat erg plezierig, ook al is zijn ze misschien geen ‘meesterlasser’ geworden. Daar wegen de enkele nadelen niet tegen op. Er komt bijvoorbeeld steeds meer administratie bij kijken, en daar houd ik niet zo van (lacht), en heel soms mis ik wel eens het meer avontuurlijke werk op de werf. In de privé kun je ook meer verdienen, maar dan moet je er ook veel meer uren voor kloppen. Laat dit duidelijk zijn: deze job wil ik gerust tot aan mijn pensioen blijven doen.”