Belastingen
Vorige

1 van 51

Volgende
Volgend artikel:

Welke beroepskosten kan ik aftrekken van de belastingen?

Hoe breng jij je brandstofkosten in?

brandstof tanken
Het bewijzen van de beroepskosten is een van de grootste karweien bij het invullen van je belastingaangifte. Vooral het woon-werkverkeer en de beroepsverplaatsingen, vormen voor veel werknemers de hoofdmoot van de beroepskosten. Wat is het verschil tussen woon-werkverkeer en een beroepsverplaatsing? En hoe zit het met de brandstofkosten?

Woon-werkverkeer of beroepsverplaatsing?

Rijd je met de auto naar je werk? Dan is er sprake van woon-werkverkeer. Dit omvat de verplaatsing tussen je werk en je wettelijke woonplaats. Dit is niet noodzakelijk de kortste weg, maar wel de ‘normale’ weg. Hierbij wordt rekening gehouden met de afstand, verkeersdrukte, aard van de weg en duur van de verplaatsing. Ga je tijdens de middag naar huis voor een lunchbreak? Dan mag je ook dat traject meerekenen.

Verplaatsingen die je tijdens het werk doet, zijn dus geen woon-werkverplaatsingen. Beroepsverplaatsingen zijn alle verplaatsingen afgelegd in België of in het buitenland die geen woon-werkverkeer en geen privéverkeer zijn. Zo gaat het bijvoorbeeld om verplaatsingen:

  • tussen de vaste plaats van tewerkstelling en een andere werkplaats (bv. bezoek aan klanten of patiënten);
  • naar externe opleidingen;
  • van belastingplichtigen die geen vaste plaats van tewerkstelling hebben (bv. handelsvertegenwoordigers, …);
  • naar de garage waar het onderhoud van de wagen plaatsvindt, in het geval je dit voertuig voor je beroep gebruikt.

Hieronder vallen ook de verplaatsingen die je doet wanneer je thuis vertrekt en rechtstreeks naar klanten gaat, zonder dat je eerst langs je kantoor of bedrijfszetel moet passeren.

Extra: Hoe regelt jouw baas je woon-werkverkeer?

Brandstofkosten inbrengen

Als werknemer heb je automatisch recht op het algemene kostenforfait voor je persoonlijke verplaatsingen. Dit forfait dekt alle beroepskosten, waaronder die met betrekking tot het persoonlijk gebruik van je wagen voor je woon-werkverplaatsingen. Deze kosten hoef je niet aan te tonen.

Voor werknemers worden de forfaitaire beroepskosten berekend tegen een vast tarief van 30% met een maximum van 4.880 euro voor aanslagjaar 2021.

Kan je bewijzen dat je werkelijke kosten hoger liggen dan het wettelijk forfait? Dan breng je deze maar beter in. Een forfait van 0,15 euro per afgelegde km is van toepassing voor de verplaatsingen voor het woon-werkverkeer.

Voor het aanslagjaar 2020 waren de brandstofkosten voor beroepsverplaatsingen aftrekbaar als beroepskosten voor 75% van het beroepsgedeelte. Voor het aanslagjaar 2021 zijn deze beperkt aftrekbaar, afhankelijk van de CO2-uitstoot.

Aangezien de brandstofkosten forfaitair worden geraamd, moet je deze kosten niet verantwoorden. De brandstofkosten worden geschat door het aantal km dat je tijdens een jaar gereden hebt, te vermenigvuldigen met het verbruik van de wagen en het gemiddeld officieel tarief van de brandstoffen (incl. btw).

  2019 2020
Benzine 95 RON (€/L) 1,4574 euro 1,3890 euro
Benzine 98 RON (€/L) 1,5310 euro 1,4172 euro
Benzine 95 RON E10 (€/L) 1,4733 euro 1,3492 euro
Benzine 98 RON E10 (€/L) 1,5401 euro 1,3861 euro
Diesel 10S (€/L) 1,5215 euro 1,3679 euro
LPG (€/L) 0,5101 euro 0,4684 euro
Ontdek: Wordt mijn woon-werkverkeer vergoed?

Voorbeeld

Stel, je hebt in 2020 25.289 km afgelegd voor je werkgever (andere verplaatsingen dan verplaatsingen tussen de woonplaats en de plaats van tewerkstelling) die niet worden vergoed. Je wagen verbruikt gemiddeld 7 liter per 100 km en de gemiddelde dieselprijs (10S) bedroeg 1,3679 euro per liter voor 2020. Dan moet je volgende formule toepassen: 25.289 x 7 x 1,3679 euro / 100 = 2.421,50 euro.

(mr) - Bron: FOD Financiën

20 februari 2021

Ontvang de nieuwste tips over werk en carrière

Meer dan 440.000 Jobat gebruikers zijn wekelijks op de hoogte

Anderen bekeken ook